Optoppen, het bouwen op platte daken van bestaande woningen, gebeurt nu nog op kleine schaal, maar heeft veel potentie. Het kan wel 100.000 nieuwe woningen opleveren. Om optoppen te stimuleren presenteerde minister Hugo de Jonge de Landelijke aanpak optoppen. Hierin staan schaalvergroting, standaardisatie en het beter faciliteren van optopprojecten centraal. Overheden, woningcorporaties en marktpartijen slaan de handen ineen om grotere aantallen nieuwe woningen te bouwen door op te toppen.
De Landelijke aanpak is tot stand gekomen in samenwerking met Provincie Zuid-Holland, belangenvereniging van woningcorporaties Aedes en De Bouwcampus. Het Optop2000-traject is onderdeel van de Landelijke aanpak en ging vorig najaar al van start. Koplopers onder gemeenten, woningcorporaties en marktpartijen delen hun kennis en ervaring in dit traject.
"Steeds meer gemeenten en woningcorporaties onderzoeken de mogelijkheden om extra woningen te realiseren op platte daken. Dat is nodig, net als al die andere inspanningen die we doen om het woningtekort op te lossen. De komende tijd gaan we er met elkaar alles aan doen om de kansen die optoppen biedt ook daadwerkelijk te benutten", aldus de Jonge.
Meer kansen dan alleen extra woningen
Optoppen kan goed gecombineerd worden met het verduurzamen en verbeteren van de bestaande woningen. Hierdoor gaat de kwaliteit van deze woningen omhoog en de energierekening omlaag. Dat is dus ook een voordeel voor de huidige bewoners van gebouwen die opgetopt worden.
Optoppen kan ook bijdragen aan de leefbaarheid en diversiteit in wijken. Door het creëren van woonruimte voor specifieke doelgroepen, zoals starters of ouderen, worden wijken diverser. Dat vergroot het draagvlak voor voorzieningen in de wijk. Ook de directe omgeving kan meegenomen worden om de leefbaarheid in de wijk te vergroten. Bijvoorbeeld door plannen te maken voor vergroening.
Gebiedsgericht optoppen met gemeenten
In naoorlogse wijken met veel 3- en 4-laags flats liggen de meeste kansen. Dat blijkt uit onderzoek naar de potentie van optoppen. In veel van deze wijken bestaat ook de noodzaak om bestaande woningen te verduurzamen, renoveren én de leefbaarheid te verbeteren. En daarvoor biedt optoppen kansen. Bovendien maakt schaalvergroting optoppen betaalbaar en haalbaar. Daarom ligt dan ook een belangrijke focus van deze landelijke aanpak optoppen.
Daarnaast wordt gekeken naar de kansen en mogelijkheden voor het optoppen van complexen van particuliere eigenaren en complexen in beheer van Verenigingen van Eigenaars (VvE’s). Hierbij kan het gaan om het optoppen van appartementencomplexen, maar ook om commercieel of maatschappelijk vastgoed of een te transformeren gebouw.
Met een aantal grotere gemeenten start een verkenning naar een succesvolle aanpak voor gebiedsgericht optoppen. De gemeenten Ede, Eindhoven, Leeuwarden, Rotterdam en Zoetermeer zijn voorlopers met de ambitie om op grotere schaal op te toppen. De lessen uit deze aanpak kunnen vervolgens benut worden voor de bredere uitrol op andere plekken in het land.
Belemmeringen wegnemen
Een van de actielijnen van de aanpak, naast opschalen en standaardiseren, is faciliteren: het creëren van de juiste condities en randvoorwaarden voor optoppen. Hieronder valt het wegnemen van onduidelijkheden en belemmeringen in regels en beleid. Op basis van diverse onderzoeken en praktijkervaringen is er al een goed beeld van de belangrijkste onduidelijkheden of belemmeringen in de procedures en processen voor optoppen. Zo zijn er vragen over de mogelijkheden voor optoppen binnen de Omgevingswet, onduidelijkheden over hoe in verschillende situaties om te gaan met de 70%-instemmingsregels bij huurders en wordt de 100% instemmingsvereiste van eigenaren als knelpunt ervaren bij het optoppen van VvE-complexen. De initiatiefnemers van de aanpak gaan hiermee aan de slag.