Het kabinet heeft eind april een nieuw pakket aan klimaatmaatregelen gepresenteerd. Hierin is voor de gebouwde omgeving € 9,3 miljard beschikbaar gesteld en € 0,2 miljard voor biobased bouwen. In 2030 zijn miljoenen woningen en gebouwen verduurzaamd en worden ze duurzaam verwarmd. Daarom worden vanaf 2026 eisen verscherpt aan de efficiëntie van verwarmingsinstallaties. Daarbij wordt de (hybride) warmtepomp de norm voor het verwarmen van onze woningen, winkels, scholen en kantoren. Deze nieuwe standaard geeft een impuls aan de verduurzaming van woningen en gebouwen, vermindert het verbruik van kostbaar aardgas en stimuleert de technische ontwikkeling van de warmtepomp.
Uitzonderingen
Voor de meeste grondgebonden woningen verdient een hybride warmtepomp zichzelf doorgaans in zeven jaar terug en wordt het verplicht om over te stappen. Er komt een uitzonderingsmogelijkheid voor situaties waarin de norm niet goed kan worden toegepast, bijvoorbeeld vanwege geluidseisen, noodzakelijke aanpassingen aan de woning of wanneer de verwarmingsinstallatie tot onevenredig hoge kosten leidt. Dit laatst kan het geval zijn als binnen tien jaar een collectieve wijkoplossing (zoals een warmtenet) wordt gerealiseerd. Monumenten worden vooralsnog op voorhand uitgezonderd, vanwege complexe vergunningstrajecten. Voor appartementen, en dus vvE's, geldt hetzelfde vanwege aandachtspunten op het gebied van geluid en ruimtelijke inpassing.
Aardgasvrije toekomst
VvE's hoeven dus niet verplicht over te stappen op een hybride warmtepomp vanaf 2026. Maar in de toekomst zullen alle woningen alsnog aardgasvrij worden. Wees dus zo slim om je hier alvast op voor te bereiden en maak een plan. VVE-010 kan hierbij helpen.